Met onderstaande vragenlijst kunt u bepalen hoe uitgesproken links- of rechtshandig u bent.
Handvoorkeur:
Hieronder staat een aantal activiteiten die u met uw linker- of rechterhand kunt uitvoeren.
Noteer welke kant u gewoonlijk gebruikt voor elk van deze activiteiten. Indien u het antwoord
niet meteen weet, voer dan de betreffende handeling in gedachten uit. Heeft u geen duidelijke
voorkeur noteer in dat geval "beide'"
1. Met welke hand tekent u? linker - rechter - beide
2. Welke hand gebruikt u om met een tandenborstel
te poetsen? linker - rechter - beide
3. In welke hand houdt u een flesopener vast? linker - rechter - beide
4. Met welke hand gooit u een bal ver weg? linker - rechter - beide
5. In welke hand heeft u een hamer vast als u
ermee op een spijker moet slaan? linker - rechter - beide
6. Met welke hand houdt u een (tennis-)racket vast? linker - rechter - beide
7. Welke hand gebruikt u om met een mes een touw
door te snijden? linker - rechter - beide
8. Welke hand gebruikt u om met een lepel te roeren? linker - rechter - beide
9. Welke hand gebruikt u om met een gummetje iets uit te vlakken? linker - rechter - beide
10. Met welke hand strijkt u een lucifer aan? linker - rechter - beide
Score:
Om de totaalscore op de tien items te bepalen, geeft u het antwoord "linker" de score -1, "beide" de score 0 en "rechter" de score +1. De score kan variëren van -10 voor extreme linkshandigheid tot +10 voor extreme rechtshandigheid. De schrijfhandvoorkeur wordt niet in de totaalscore betrokken. De overgrote meerderheid van de rechtsschrijvende zal in de range van +8 tot +10 vallen.
Bron:
Van Strien J.W. (1992). Classificatie van links- en rechtshandige proefpersonen.
Nederlands tijdschrift voor de Psychologie, 47, 88-92